Wat Wil Oud-Zuid met Ecologisch Beheer?

Vondelpark: 22 mei 2009

Grasmaaifabriek

Ontwikkeling van de ecologische waarden in het Vondelpark is een van de kernpunten bij deze renovatie. We hebben er al veel over geschreven: oevers worden verlaagd en voorzien van hoge begroeiing, overal in de bosschages komen houtwallen, en overal zie je min of meer bijzondere kruiden groeien.
Twee gebieden krijgen bijzondere aandacht. Dat zijn de Schapenweide en de Koeweide. Deze waren enkele jaren geleden nog monotone grasvelden, nu worden ze ontwikkeld tot een biotoop met een grote verscheidenheid in natuurwaarden.
(Uitzondering is even de Schapenweide -deze is tijdelijk opgeofferd aan de belangen van de renovatie. Het is nu een opslagplaats van bouwmateriaal en hoge hopen zand, kiezel en aarde.)

Martin Melchers, de stadsecoloog van Amsterdam, heeft een prachtig plan voor deze twee gebieden opgezet. Naast plannen voor verdere ontwikkeling van deze gebieden, heeft hij een natuurpad ontworpen, die door de twee weides loopt en met elkaar verbindt. De plannen zijn heel gedetailleerd. In dit artikel is er meer over te lezen.
Enkele maanden geleden was er een presentatie van het plan tijdens een veldtocht. Iedereen was erbij, Martin zelf natuurlijk, een zware delegatie uit Oud-West, leden van het IVN, en Somicha Bouzitoun van de Werkgroep Natuur Vondelpark, alsmede enkele vrijwilligers van deze werkgroep. Hier werd in detail de uitwerking van het plan besproken. Veel hiervan is verwerkt in het kaartje bij bovengenoemd artikel.
Je zou dus denken dat een verstandig beheer door Oud-Zuid nu wel verzekerd is. Even wankelde dat vertrouwen door het incident tijdens de paddentrek, maar kennelijk kan het nog veel erger...

Toen de vrijwilligers van de werkgroep Natuur Vondelpark afgelopen woensdag bezig waren met het onderhoud aan het natuurpad op de koeweide, draaide er plotseling een shovel-achtige tractor met een zware stalen aanhanger de dichtbegroeide en bloeiende weide op. Aan een soort van robot-arm was een maaimachine met afzuiger gemonteerd, en die freesde het groen tot de bodem af en zoog het op door een soort van shredder in de metalen achterbak. Een natuurgids van de IVN, die de vrijwilligers die dag begeleidde keek ontzet toe. Volgens hem wordt op deze manier van maaien de kruiden de kans ontnomen om zaad te schieten, ook nesten, kleine dieren, insecten; alles wordt opgezogen en kapot gemalen. "Waarom doen ze dat op deze manier, zelfs in de bio-industrie is deze manier van maaien zeer omstreden?". In een paar uur was de hele koeweide leeg gemaaid. De beestjes die het maaien overleefd hadden kregen nu geen bescherming meer, en kraaien, reigers en ooievaars vonden er een gedekte tafel.
Het gras was al meteen afgevoerd, je zag alleen nog de diepe geulen van de tractorbanden.

Een aantal jaren geleden was het nog gebruikelijk om de weides in stroken te maaien, zodat er genoeg gelegenheid was voor kleine dieren schuilplaats te vinden, en voor de kruiden om zaad te schieten. In een volgend overleg met oud-Zuid zullen wij dit ter sprake brengen.

Reactie van Oud-Zuid

Een beetje verlaat door het Hemelvaartweekend kregen wij een reactie van Quirijn Verhoog, landschapsarchitect en als zodanig betrokken bij de ontwikkelingen in de koeweide:

"Wij zijn ook erg geschrokken over de wijze van maaien. Zo was het niet besproken en zo had het nooit mogen gebeuren. Vandaag heb ik daarom direct actie ondernomen. Het berust allemaal op een communicatiestoornis bij de overdracht, een ongeluk. Dat is niet om het goed te praten maar wel een feit. Binnenkort komen wij intern bijeen om dit voorgoed te voorkomen."

Op zich ga ik hier niet over, maar vind het te belangrijk om door te mailen naar anderen. Ik ga straks nog controleren en hoop dat de schade beperkt is gebleven.
De plannen voor het ecologisch beheer zijn inderdaad vanuit het stadsdeel geïnitieerd. Dierenwelzijn en ecologische ontwikkeling staan heel hoog in het vaandel. Juist daarom is dit zo ontzettend pijnlijk voor het stadsdeel, degenen die dit opgezet hebben en al jaren bezig zijn dit in goede banen te leiden.

Gast - 26-11-2009 12:10

NU IS HET TIJD VOOR HULP VOOR BIJEN Alleen ecologische kwaliteitsverbe tering van het totale landschap helpt.
Dit bericht is naar alle gemeentenraadsl eden van nederland gestuurd maar ook massale steun van de burgers is nodig.
Naar aanleiding van de (actie stop)bijensterf te Is een helpdesk voor bijen ontwikkeld. Deze helpdesk geeft antwoord op vrijwel alle vragen, die betrekking hebben op het leefmilieu van bijen en het beheer daarvan.
De helpdesk is het resultaat van 25 jaar onderzoek in Wageningen (WUR, Dorschkamp, Alterra, Van Hall Larenstein (aan deze HBO-opleiding was ik verbonden als Lector stedelijke beplantingen). Aan deze helpdesk liggen tientallen rapporten en andere publicaties ten grondslag. (zie link Verantwoording op het Homepage van de helpdesk).
De helpdesk is gericht op het grote publiek én op de professionele groenbeheerder.
De bijenhelpdesk laat ook zien wat burgers in hun eigen straat en hun tuin kunnen doen om de biodiversiteit te vergroten en wat de mogelijkheden hiervoor zijn op het platteland.
De website is gemaakt op non-profit basis, bevat geen reclame en wordt niet gesponsord. De bedoeling van deze Bijenhelpdesk is dat groenbeheerders zonder of met weinig hulp van buitenaf (bureaus, etc.) hun eigen vragen kunnen oplossen en naar de praktijk toe in beheer kunnen vertalen. Als de bijenhelpdesk de vragen niet beantwoordt, kunnen u of de groenbeheerders altijd kosteloos contant opnemen.
Met vriendelijke groet
Arie Koster www.bijenhelpdesk.nl Helpdesk voor bijen, drachtplanten en biodiversiteit.

Geeft antwoord op vragen over het bevorderen van wilde bijen en honingbijen:

  • Welke planten worden door bijen bezocht?
  • In welk milieu groeien deze planten?
  • Hoe kunnen bestaande vegetaties zoals grasland, bermen en ruigten zo bijenvriendelij k mogelijk worden beheerd?
  • Welke samenstelling moeten bijenvriendelij ke houtige begroeiingen hebben en hoe moeten deze worden beheerd?
  • Wat zijn de mogelijkheden voor bijenvriendelij ke milieus in het stedelijke gebied en in het agrarische cultuurlandscha p?
  • Waar nestelen bijen en hoe kan nestgelegenheid worden bevorderd?


ariekoster@bije nhelpdesk.nl
tel. 0318 520807 / 06 12587224

Gast - 07-12-2009 16:36

Geef de bij een prominente plek in het biodiversiteits jaar. (Arie Koster)
HONINGBIJ ALS GIDSSOORT VAN HET BIODIVERSITEITS JAAR 2010
Bloemrijke vegetaties zijn niet alleen goed voor bijen, maar ook voor dagvlinders en andere insecten. Veel van deze insecten leven van kleine dieren die schadelijk kunnen zijn voor de land- en tuinbouw en de planten in onze tuin. Schadelijke dieren worden ook wel plaagdieren genoemd. Dit zijn onder meer bladluizen, slakken, rupsen en larven van insecten.
De rovende insecten worden predatoren genoemd. Dit zijn bijvoorbeeld zweefvliegen, gaasvliegen, roofwantsen, lieveheerbeestj es, graafwespen en sluipwespen. Deze insecten hebben vaak stuifmeel nodig voor hun ontwikkeling. Voor een zeker biologisch evenwicht zijn zulke insecten noodzakelijk. In de landbouw wordt dat steeds meer onderkend en ook toegepast. Maar ook daarbuiten zijn rovende insecten en niet te vergeten spinnen van grote betekenis.
Heel veel andere insecten en spinnen die in bloemrijke vegetaties voorkomen zijn voedsel voor vogels. Bloemrijke vegetaties die niet te vroeg worden gemaaid leveren zaden die door vogels worden gegeten. De putter en de huismus zijn daar voorbeelden van. Ook veel bomen en struiken die voor de bloemen of de bessen worden aangeplant trekken vogels aan. Plekken waar bijvoorbeeld bramen groeien, zijn niet alleen goed voor de bloembezoekende insecten, maar bieden ook nestgelegenheid voor vogels en schuilplaatsen voor zoogdieren. Het verbeteren van de bijenstand draagt bij aan biodiversiteit en bloemrijke vegetaties worden gewoonlijk hoog gewaardeerd.
Kortom, bijenbeheer is ecologisch groenbeheer en draagt bij aan zowel de ecologische als esthetische kwaliteit van het landschap.
De soort honingbij telt niet voor de biodiversiteit, maar om honingbijen probleemloos in stand te houden zijn zeer grote oppervlakten bloemrijke vegetaties noodzakelijk. Van deze vegetaties profiteert een groot gedeelte van de wilde fauna. Als het goed gaat met de honingbij gaat het meer heel veel andere dieren ook goed. Een goed argument om de Honingbij te promoveren als Gidssoort van het Biodiversiteits jaar 2010
Arie Koster (www.bijenhelpdesk.nl)